Kerkgeschiedenis

Iets over het verleden van Garderen
Archiefstukken over Garderen zijn er vóór 1700 bijna niet. De notulen van de kerkenraad der Hervormde Gemeente beginnen in 1664. Van de diaconie begint het eerste boek omstreeks 1692. Vóór 1700 kom je in archieven in Utrecht weleens de naam van een pastoor tegen.

In 1276: Persona de Garder geven 10 s. louan voor de Kruistocht.
Enkele pastoors die ik tegenkwam, maar waar verder weinig van bekend is, zijn:
1334: Heer Herembertus, Persona te Gherderen
1492: Derick Arntss – 1502
1518: Johan van Presichaeff -1531
1531: Johannes van Presichave
1544: Johan Gerritsz Versteghe (v.c.)
1550: Willem van den Geyn
1553: Johan van Presichhave
1554-1557: Brandt Giisbertss (v.c)
1557: Elbert Wilhemss (v.c.)
1571: Egbertus Kifftius
1571: Kornelis ten Herenthavens P.
1572: Johan van Broickhuijsen
1580: Gerhardus Vechtius
Verder is er een complete lijst van de predikanten.

De reformatie
Bekend dat er tegenstand tegen de reformatie ter plaatse is geweest, is niet bekend. Na 1592 werd al spoedig de Veluwe hervormd. In Putten bleef nogal een tijdje een pastoor, evenals te Barneveld. Adel die het oude geloof bleef aanhangen, was er niet in de omgeving. De reformatie begon over het algemeen in de steden, met name te Harderwijk, en verspreidde zich trager over het platteland.

Naam
Garderen is altijd een belangrijke plaats geweest, al was het aantal inwoners gering. Heeft Garderen haar naam te danken aan Wardlo, uit de akte van Folkerus uit 855? Deze Folkerus schenkt zijn goederen aan het klooster van Werden (o.a. Wardlo). Dit klooster is door Liudger gesticht.

Tijdens de kruistochten
Omstreeks 1000 is er een kerkje gebouwd, waarschijnlijk van hout. Rond de kerk was de gerichtsplaats. Tot 1430 in het ambt Garderen. Dan verhuist de gerichtsplaats naar Barneveld.

Maalschap
Het maalschap Garderen voerde het beheer over de zanden en heidevelden. In 1911 vond de verdeling plaats. De mairie Garderen heeft van 1811 tot 1818 bestaan. Hier werd het eerste gemeentearchief bijgehouden. In 1811 is een derde van het dorp verbrand: dat waren acht boerderijen.

Inkomsten
Altijd verdiende men zijn brood als agrariër: schapen en bijen waren het belangrijkste. Boekweit en rogge werden verbouwd. In 1526: 56 veebezittenden hadden 62 paarden, 128 koeien, duizenden schapen en tientallen varkens.

Over de kerk
Door de bisschop op zijn reizen wordt Garderen nogal eens aangedaan (1327). De rekening van de wijbisschop tussen 20 augustus 1334 en 12 mei 1335 meldt dat het altaar en het koor te Garderen gewijd is.
De kerk is gewijd aan St. Gangolf, een Bourgondisch ridder uit Varennes. Door zijn vrouw vermoord op 11 mei 760. Vereerd in Frankrijk en Beieren.
De kerk is in 1571 afgebrand en opnieuw opgebouwd. De goederen van het altaar van de H. Maagd worden gebruikt voor herstel van de kerk. In 1573 is er een proces over de pastoor en zijn plaatsvervanger (zie: Aartbissch. Archief Utrecht, nr. 48 uit 1928). In de kerk vóór 1860 is een raam geweest met daarop “T. Alberti 1599”.

In 1859 is (bij de afbraak van de kerk) op de plaats van het vroegere koor een Christusbeeldje gevonden. Omstreeks 1980 is dit uit het Nairac museum in Barneveld gestolen. De kerk wordt in 1860 veel groter herbouwd met 600 zitplaatsen.

Veluanus
De eerste die tot de Reformatie over ging is Jan Gerritsz Versteghe, Anastasius Veluanus. Geboren omstreeks 1519 te Stoe op het herengoed Stromansgoed. Opgegroeid bij zijn grootvader Johan Derricksen. Het is niet duidelijk waar hij studeerde.
“Was kundig in Grieks en Latijn door zijn welbespraaktheid heel geschikt om anderen te verleiden en met dat doel had hij ten volle tien jaar de leerstellingen der protestanten bestudeerd, om eindelijk toen de tijd en plaats gunstig waren, goddeloos te gaan onderwijzen wat hij roekeloos geleerd had”. Aldus Sonnius.
In 1544 wordt hij vice-curiet in Garderen. Op 1 januari 1550 wordt hij in opdracht van de inquisiteurs Berend Gruwel en Franciscus Sonnius gevangen genomen. In Arnhem wordt hij op 27 januari 1550 door Sonnius veroordeeld en gedwongen tot ‘Sondige wederroip’. Hij is gevangen in Hattem van 1550 tot Pinksteren 1553.

Hij moet dan in Leuven de pauselijke theologie gaan bestuderen; hij vlucht echter. Grootvader Jan Derricks wordt aangesproken om de borgsom te betalen.
Te Straatsburg verschijnt zijn eeuwen bekende boek: Der Leken Wechwyser op 12 april 1554.
Hij wordt predikant te Bacharach en Steeg. Als super-intendent in de Palts is hij betrokken geweest bij de samenstelling van de Heidelbergse Catechismus.

In de kerk in Garderen wordt een monument geplaatst in 1912, onthuld door prins Hendrik.
(zie: proefschrift van G. Morsink over Anastasius Veluanus (1990) en prof L.Pijper in Bibliotheca Reformatorica Neerlandica (1906))

Predikanten
De lijst tot 1800:
1. J. Lontius van Voorthuizen: 1592-93
2. G. Versteghe: 1593 – 1594 (neef van Anastasius)
3.  T. Alberti: 1594 – 1603 (komt van Elburg, Oldenbroek)
4.  J. Medenbach: 1604 – 1604
5.  F. Curtenius: 1607 – 1629 (in 1617 splits Kootwijk af)
6.  J. à Mandeville: 1630 – 1657
7.  I. Balk: 1657 – 1662
8.  R. Altius: 1663 – 1670 (1664 instelling van kerkenraad)
9.  S. ab Hooghlandt: 1670 – 1709
10. H. Proper: 1709 – 1732
11. J. Kalkoen: 1733 – 1735 (eerste waarvan afbeelding bekend is)
12. W. van der Souw: 1736 – 1747
13. J. Joosting: 1748 – 1752
14. J. H. Schadden: 1753 – 1765
15. I. de Leeuw: 1765 – 1765
16. J. Sluiter: 1766 – 1782
17. H. J. Bruins: 1782 – 1784
18. H. W. Benier: 1785 – 1789
19. J. de Wael: 1789 – 1819

Hoe oud is de kerk?
Ds. Altius schrijft in 1664 naar de Staten van Gelderland: ‘…deze kerk zeker wel zes eeuwen oud zijnde’. Sindsdien denkt men aan 1050. In 1859 wordt de huidige kerk tegen de oude toren gebouwd.